Ogenschijnlijk is de rust in Nicaragua weergekeerd. Dat is in ieder geval wat de regering van Ortega actief uitdraagt. Het toerisme komt weer heel voorzichtig op gang. Vanuit het buitenland kijkt men echter minder gerust naar de situatie. De VS proberen de druk op de Nicaraguaanse regering via de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) op te voeren.
Ook in Europa heeft men de blik nog niet geheel afgewend. Het Europese Parlement nam nog eind 2019 een scherpe resolutie aan dat de sancties, ook persoonlijke sancties tegen leiders in Nicaragua, subiet ingesteld moeten worden. In het parlement stemden maar 12 mensen tegen de resolutie. Het is nu aan de lidstaten stappen te zetten.
In Costa Rica telt men intussen al zo’n 80.000 Nicaraguaanse vluchtelingen, een kleine 80% van het totale aantal Nicaraguanen op de vlucht voor de repressie. Men vlucht niet alleen naar buurland Costa Rica. Ook in Panama, Honduras, Guatemala en El Salvador zitten er duizenden. In Europa neemt Spanje al meer dan 6.000 op. De toestroom van mensen legt natuurlijk een enorme druk op de voorzieningen in de buurlanden rond Nicaragua. In de OAS zullen deze landen het initiatief van de VS hoogstwaarschijnlijk wel steunen.
Ruim anderhalf jaar na april 2018 is de politieke situatie in het land nog onduidelijk. Uit een poll van de in de VS vermaarde firma Cid Gallup komt naar voren dat 27% van de ondervraagden zegt dat Ortega het prima doet. 31% is zuiniger in hun oordeel en 42% zegt dat Ortega het slecht of heel slecht doet. De oppositie meent daaruit af te leiden dat de meerderheid van de bevolking vindt dat Ortega de huidige crisis niet kan oplossen. De door de regering geciteerde onderzoeksresultaten van M&R Consultants wijzen op 52% die het FSLN steunt en zelfs 60% van de mensen die overweegt op het FSLN te stemmen bij de verkiezingen in 2021. Er bestaan dus twee werkelijkheden in het land.
De oppositionele beweging, tot januari verenigd in de UNAB (Blauwwitte Nationale Eenheid), lijkt uiteen gevallen te zijn. De presentatie van de breuk was wat ongelukkig waardoor het even leek dat de Burgeralliantie en de sociale beweging tegenover elkaar kwamen te staan. Maar het lijkt eerder een manoeuvre om samenwerkend zich politiek voor te bereiden op de verkiezingen van 2021.
Vlak na kerst heeft Ortega een groot aantal politieke gevangenen vrijgelaten. Daaronder was ook de uit Estelí afkomstige Amaya Coppens. Zij heeft inmiddels een vooraanstaande positie in het verzet tegen Ortega. De vrijlating was Ortega’s antwoord op de roep om een Kerst zonder Politieke Gevangenen. Op zich weer een echo van een oproep uit de jaren ’70, toen gericht tegen de Somoza-dictatuur. Dat de vrijlating net na kerst plaatsvond, mag je beschouwen als een kleine pesterij. Ernstiger is dat de vrijgelaten activisten nog steeds belaagd worden in en rond hun huis, door zowel politie als paramilitaire groepen. Van echte vrijheid is daarom geen sprake.
Nu het erop lijkt dat Ortega zijn termijn zal uitdienen, verschuift de aandacht naar de reguliere verkiezingen volgend jaar. De recente geschiedenis levert geen rooskleurig beeld op voor wat betreft de representativiteit en eerlijkheid van de Nicaraguaanse verkiezingen. Bij die in 2016 was de opkomst erg laag. Het belangrijkste nu is de verkiezingsmachinerie te verbeteren: onafhankelijke Kiesraad, eerlijke inschrijvingen en voldoende politieke ruimte voor campagnes. De buitenlandse druk zal zich hier op moeten richten. Veel effectiever dan het machthebbers persoonlijk moeilijk maken via internationale sancties.